13.3.4 De lenzenvergelijking

Men kan de positie van het beeldpunt ook berekenen: $$ \frac{1}{f} = \frac{1}{v} + \frac{1}{b}$$

Hierbij is

  • f  de brandpuntafstand van de lens;
  • v  de voorwerpafstand, van het voorwerp tot de lens (gemeten langs de hoofdas);
  • b  de beeldafstand, van het beeld tot de lens (gemeten langs de hoofdas).

Als het beeld virtueel is, is de beeldafstand negatief: b < 0.

(Deze vergelijking kan ook worden gebruikt voor een negatieve lens. In dat geval heeft men een negatieve brandpuntafstand, f < 0.)

Voorbeeld: Een vergrootglas met f = 10 cm wordt gebruikt om naar een postzegel te kijken. Als de postzegel 6 cm van de lens afligt, waar wordt dan het beeld gevormd?

Los bovenstaande vergelijking op voor b.

$$\frac{1}{b} = \frac{1}{f} – \frac{1}{v} = \frac{1}{10}-\frac{1}{6} = -\frac{1}{15} \Rightarrow b = -15 \; \text{cm}.$$

Er wordt dus een virtueel beeld gevormd, op 15 cm van de lens. Het beeld ligt aan de kant van de postzegel.