36.3 Cirkels

Een cirkel wordt gedefinieerd door zijn middelpunt en een lengte genaamd straal (r). Elk punt op de cirkel bevindt zich op afstand r van het middelpunt.

De doorsnede of diameter (d) van de cirkel is de afstand tussen punten die tegenover elkaar op de cirkel liggen. Deze is tweemaal zo groot als de straal:

d = 2 r.

De omtrek (o) van de cirkel is π keer zo groot als de doorsnede:

o = π d                 ofwel                     o = 2π r.

De oppervlakte van de cirkel kan berekend worden als

$$\text{opp} = \pi r ^2$$