Een lijn kan worden beschreven als een lineair verband tussen x– en y-coördinaat.
Elk van de volgende vergelijkingen beschrijft dezelfde lijn:
- $y=\frac{2}{3}x – 2$
- $x = 1\frac{1}{2} y + 3$
- $2x – 3y = 6
Vaak geeft men de voorkeur aan de standaardvoorstelling in de vorm y = Ax + B. De parameters A en B hebben de volgende betekenis:
- A beschrijft de richting van de lijn; het is het hellinggetal (ri.co.)
- B beschrijft de ligging van de lijn; de lijn gaat door (0, B).
Voorbeeld: Gegeven is de lijn 8x – 5y = 20. Vindt de snijpunten met de x-as en y-as. Schrijf de lijn in de vorm y = Ax + B.
Snijpunt met de x-as: Zet y = 0. Men krijgt 8x = 20, ofwel x = 2½: (2½, 0)
Snijpunt met de y-as: Zet x = 0. Men krijgt –5y = 20, ofwel y = –4: (0, –4)
Standaardvoorstelling: Los y op uit de vergelijking.
$8x – 5y = 20$
$-5y = -8x + 10$
$y = -\frac{8}{5}x – 4$
.