36.2.3 Ruit

Een ruit is een vierhoek met de volgende eigenschappen:

  • Alle zijden hebben dezelfde lengte.
  • De diagonalen snijden elkaar loodrecht in het midden.

(Als één eigenschap opgaat, gaan ze beide op.) Een ruit is vanzelf ook een parallellogram.

Er geldt: $\text{opp} = \frac{1}{2} \cdot (\text{diagonaal} \; 1) \cdot (\text{diagonaal} \; 2)$.