De standaardvergelijking voor een orthogonale parabool is
y = Ax2 + Bx + C.
Deze parabool heeft een verticale symmetrieas. Het punt waarin de parabool deze as snijdt heet de top van de parabool.
- De kwadratische parameter A ≠ 0 beschrijft de oriëntatie en grootte van de parabool.
- Als A > 0 is de parabool open naar boven (+y richting).
- Als A < 0 is de parabool open naar onderen (–y richting).
- Hoe groter de waarde van |A|, des te “groter” de parabool is, en des te zwakker de kromming van de parabool aan de top.
- De lineaire parameter B beschrijft de horizontale ligging van de parabool.
- De constante parameter C beschrijft de verticale ligging van de parabool. De parabool gaat door het punt (0, C).