De antwoorden op deze opgaven zijn te vinden in het downloadbestand.
- Bereken alle zijden en hoeken in de volgende rechthoekige driehoeken.
a. schuine zijde = 25, kortste zijde = 7
b. kortste zijde = 6, kleinste hoek = 20˚
c. een hoek van 60˚ en een zijde 16; geef alle drie mogelijkheden. - Bepaal zonder rekenmachine:
a. sin –45˚ b. cos 120˚ c. tan 180˚
d. tan –30˚ e. sin –150˚ f. tan 135˚
g. cos 2π h. tan π/3 i. sin 5π/6
j. cos –π/4 k. sin 5π/2 l. tan 11π/4 - Welke hoeken worden hier beschreven?
a. in kwadrant III, met sinus gelijk aan cosinus
b. in kwadrant IV, met cosinus gelijk aan ½
c. in kwadrant II, met sinus gelijk aan sin 50˚
d. in kwadrant IV, met tangens gelijk aan tan 7π/12 rad - Geef alle oplossingen voor x tussen –360˚ en +360˚.
a. cos (x – 12˚) = –1
b. tan2 x = 3
c. sin2 x – 3 sin x = 4
d. sin (3x + 75˚) = ½
e. 5 cos x = –4 - Los op: 3 sin2 x + 5 cos2 x = 4.
- Vereenvoudig: $\sin{(x+y)} + \sin{(x – y)} = …$
